Waar blijft de helikopter?

2 april 2023. Het is amper 5 graden buiten, het is grijs, het waait. Geen weer om een lentehond door te jagen. Maar Brugge zindert en de ‘grote helikopter’ cirkelt traditiegetrouw boven ons huisje. Vandaag vertrekt Vlaanderens mooiste opnieuw in Brugge. De Ronde is thuis, in vol ornaat. Het doet iets met de stad.

Rewind naar 10 jaar geleden, op 31 maart 2013. De zon schijnt, de hemel kleurt staalblauw, de vogels fluiten. Het is minstens 15 graden buiten, de lente schreeuwt het uit. Mijn twee Muppets zijn op dat moment 5 en net geen 3 jaar. Ze zijn deze morgen weer eens extra vroeg wakker geworden, zoals dat vaak gaat met koters van die leeftijd. Voor dag en dauw moet er geknald worden. Moeder volgt gedwee en serveert op deze zondag een indrukwekkend ontbijt met koffiekoeken. En fruitsla. En veel chocomelk, want het is een beetje feest. Brugge is gaststad voor het vertrek van de 97ste Ronde van Vlaanderen

Rond negen uur begint het gedaver te klinken. Een grote helikopter cirkelt met regelmatige intervallen boven ons huis. De mastodont verdwijnt en verschijnt voortdurend. De kinderen zijn gefascineerd. De laatste slok chocomelk blijft plots op tafel staan, een half aangebeten koffiekoek wordt aan zijn lot overgelaten. De rakkers klimmen als aapjes op de vensterbank en willen het spektakel zien. Ze wijzen met gespannen blik en turen door het raam.

‘Waar blijft hij nu, de helikopter?’, vraagt de oudste.
‘In de lucht’, antwoordt de jongste. Zakelijke nuchterheid is zijn handelsmerk, zelfs al loopt hij nog maar vier weken school.
‘Ik hoor hem maar ik zie hem niet’, zucht de oudste.
‘Ik ook niet. Of wacht…’, zegt de jongste.

En dan keert het gebrom terug, steeds harder, tot de helikopter opnieuw boven de straat opduikt. De adrenaline stijgt in de woonkamer, het koersgebeuren laat deze kleuters niet onberoerd.

‘Jàààààààààà!!!’, roepen ze in koor. En daarna: ‘En nu is hij weer weg…’

De scène speelt zich nog een keer of zes, zeven af. Iedere keer is het een soort van stiekem nagelbijten. Ik ga erin mee, zelfs al ben ik geen koerskenner. De Ronde doet iets met mensen, hoe je ’t ook draait of keert. Na elke stilte zwelt het rumoer weer aan. Het wordt gevolgd door een loeihard ‘jààààààà!’, waarbij het enthousiasme van de massa op de Markt quasi verbleekt. We zijn één met de koers, doodgewoon vanuit de woonkamer.

Om 10u wordt op 31 maart 2013 het officiële startschot gegeven. De Ronde van Vlaanderen vertrekt. Fabian Cancellara zal later die dag zegevieren aan de meet, maar voor de ukken is het feest afgerond en begint de rest van de dag. Business as usual.

‘Nu gaan ze heel lang fietsen, zelfs over bergen’, poneert de oudste terwijl ze van de vensterbank springt. ‘De juf in klas heeft dat verteld.’
‘Ik kan ook al fietsen! Zonder wieltjes!’, voegt de jongste eraan toe.

Hij heeft gelijk. Wanneer hij ’s namiddags kromgebogen over zijn stuurtje naar de speeltuin om de hoek vlamt, bedenk ik dat hij niet zou misstaan in een peloton van driejarigen. Helm aangegespt, blik op oneindig, demarreren en alles geven. Een uk met grote dromen, een Cancellera in wording.

Vandaag is 2 april 2023. De helikopter heeft zijn rondjes boven het huis opnieuw gecirkeld. Het startschot is om 10u gegeven en het peloton heeft Brugge verlaten, richting binnenland en de Vlaamse Ardennen. Maar er zitten geen ukken meer op de vensterbank. Het is stil in huis. De jongste is in de vroegte naar een tafeltennistornooi vertrokken, de oudste ligt nog in bed. Immers: geen puber die op zondag vanonder de wol kruipt om een ‘saaie’ helikopter te zien. Zelfs niet als die het vertrek van Vlaanderens Mooiste inluidt en zo de moeder aller sporten eert. De koers, ziel van een natie.

Uit pure nostalgie heb ik toch weer een uitgebreid ontbijt geserveerd. Met koffiekoeken, met chocomelk en fruitsla. De jongste verorberde alles in een moordvaart, zei nog ‘doeiiiii!’ en ging de deur uit. De oudste zal haar powerbreakfast verorberen wanneer wij ongeveer aan het middageten beginnen. Geen haast of sensatie meer. Geen gejoel en wijzende vingertjes aan het venster. Geen demarrages. Dat is nu eenmaal een privilege voor échte Flandriens en voor ukken die ooit – heerlijk onwetend – baadden in zorgeloos geluk.