gezin

De vriendelijke slager

De zomer hangt in de lucht. De geur van zonnebrandolie en brochettes-gegrild-op-houtskool ook. Om het vakantiegevoel aan te wakkeren, organiseert de jeugdbeweging van de jongste een junibarbecue. Lees meer

‘Ziek veel’

Het is geen Wereldboekendag, er is niks bijzonders aan de hand vandaag. Het is een doodgewone middag waarop twee besties – zoals alleen besties dat kunnen – mompelend en gniffelend rondhangen thuis.

Ze hebben al gegamed. Ze hebben YouTube gekeken en oefeningen gedaan aan de pull-upbar die het deurgat in de hal ontsiert. Hoewel de metalen constructie fors doorbuigt, beweert zoonlief bij hoog en bij laag dat mama geen schrik hoeft te hebben. Dat ding kan zeker tot 120 kilo gewicht torsen, absoluut wel, want zo stond het in de handleiding.

‘”Kijk”, zegt hij, terwijl hij zijn lichaamsgewicht nog eens optilt en met de kin vakkundig boven de bar uitkomt. “Zie je wel dat het lukt? Dat is daarvoor gemaakt!”

En dan staat hij weer met de voeten op de grond. Blaast uit, schudt de schouders los. Het zijn schouders die de voorbije maanden zowat in omvang verdubbeld zijn. Daar zitten die oefeningen voor iets tussen, net als de stapels boterhammen met pindakaas die de jonge sporter dagelijks naar binnen werkt. Proteïnen, koolhydraten, voedingswaarde en calorieën: hij weet er intussen alles over. Dat moet, zegt hij, want anders word je geen topsporter.

Wanneer hij terug naar de living sloft, draait de bestie-op-bezoek rondjes. De tieners weten even niet wat doen, tot hun oog op de bibliotheek valt. Die staat al jaar en dag te blinken in de woonkamer. Tientallen boeken op een rij, en dat patroon herhaalt zich in vier gelijke kasten. De mama van meneertje pindakaas verslindt even routineus literatuur als de zoon zijn conditie traint.

“Weet je wat?”, zegt de sporter tegen zijn bestie. “We kunnen die boeken tellen, man.”
“Oké”, antwoordt bestie. “Doe jij de bovenste planken? Ik doe de onderste. Want ik ben kleiner.”
Sgoed”, zegt de sporter.

In stilte beginnen ze eraan – ik hoor alleen nog gefluister. Een cijfer dat al mompelend de hoogte in gaat.

Fail”, zegt de bestie plots.
“Hoezo fail?”, reageert de zoon.
“Ik ben de tel kwijt. Herbeginnen. We zouden beter opschrijven.”
“Oké. Ik zal per plank het cijfer noteren”
“Check.”

Ze herbeginnen. Ze tellen, stoppen, noteren, telkens weer, in een eindeloze lus. Vanuit een ooghoek kijk ik toe en grinnik. Prachtig, hoe een ‘analoog’ project in digitale tijden zoveel focus en competitie oplevert. Intussen raakt het notitieblaadje steeds voller en stijgt de telling vlot boven de vijfhonderd uit.

En dan stoppen ze even. Uitgeteld, of net niet.

“Jouw mama heeft ziek veel boeken, man. Echt crazy”, zegt de bestie.
“Ik weet het. Ze heeft die allemaal gelezen, dude. Vroeger las ze ook voor maar dat is voor kleine kindjes hé.”
“Yeah.”
“Mijn favoriete boek is trouwens ‘Alleen op de wereld’. Het staat hier ook. Dat mag ze nooit wegdoen.”
“Hm…”

Ze tellen nog verder, onverstoorbaar, tot de balans op papier staat: 647 boeken. De tieners zijn even van hun sokken geblazen. Het woord ‘crazy’ valt nog een keer en ze zijn trots dat ze het patrimonium zelf in kaart hebben gebracht. Missie volbracht. Tot zoonlief zegt:

“Er staan nog boeken in de WC en in mama’s slaapkamer. Ook tellen?”

De bestie geeft aan dat het niet meer hoeft. Er is genoeg gecijferd vandaag en één ding weet hij zeker: zelf zal hij nooit zoveel lezen. Want gezond is zo’n hobby volgens hem niet.

“Het zijn echt ziek, ziek veel boeken, man.”

Ze vissen hun smartphone weer op en sloffen naar de slaapkamer. Terug naar YouTube en de digitale wereld. Hun wereld. Die 647 boeken verbleken bij miljoenen online filmpjes, weet ik, maar ze geven de woonkamer wél sfeer en kleur. Ziek cool is dat.

Sappig!

Eerst noemde dochterlief alles ‘gangster’. Toen werd het ‘bro’ aan het begin van elke zin. Een paar weken later heette alles ‘very nice’, tot ze dat weer inruilde voor ‘delisj’. Wat op zich een afkorting van ‘delicious’ is.

De buzzwoorden vliegen in deze eeuw aan een moordvaart door elke woonkamer. Als ouder van twee pubers probeer je krampachtig de vinger aan de pols te houden, maar taalkundig hink je altijd achterop. Ik spreek uit ervaring.

Noem ik eens iets ‘gangster’, dan rollen er twee paar ogen in alle richtingen. Want hé, mama, dat is passé. ‘Gangster’ was vorig jaar en het is intussen 2024. We zitten al vijf buzzhoofdstukken verder. Probeer vooral geen generatiekloof te dichten met jargon waar binnen de drie weken sleet op zit.

Daarom heb ik ‘gangster’ losgelaten. ‘Very nice’ evenzeer. Een occasionele ‘peace’, daar durf ik me nog net aan wagen. Het woord was overigens al in trek toen ik met wasco’s tekende en in een elastiek sprong. Peace is universeel, van alle generaties. Geen echt buzzwoord en ook weer wel. Het hangt er maar vanaf in welke context je het dropt.

(Droppen, ja. Nog zo’n leukerd en ‘quite buzz’ in het derde decennium van de eenentwintigste eeuw. Singles, video’s, films: ze worden voortdurend gedropt. Niet langer gereleaset. Punt.)

Het strafste aan alle buzzwoorden is dat ze voor 99% Engels zijn. Of een soort van Engels. Bijgevolg maakte mijn taalminnende hart een vreugdesprong toen de oudste hier plots met ‘sappig’ kwam aandraven. Een nieuw buzzertje in het Nederlands? Driewerf hoera!

‘Sappig’ deed plotsklaps in alle omstandigheden dienst:

Een stuk lekkere cake? Sappig!
Mama’s leeftijd? Sappig!
Tegenvallende schoolresultaten? Sappig!
Een bedenkelijke selfie van Donatella Versace op Instagram? Sappig!
Een bord waar nog niets aan kleeft omdat het net-niet-goed is afgewassen? Sappig!

We zijn al danig ver heen, dat ik zelf Whatsapp-berichten van mijn erfgenamen met ‘sappig’ begin te beantwoorden. En dan krijg je dit:

Dochter: ‘ik ga nu vrtrekn, binnen 10 mintjs thuis’
Ik: SAPPIG!

Zoon: ‘Kan je mijn turnkleren wassen tegen morgen?’
Ik: SAPPIG!

Pubers hebben niet de gewoonte om op berichten van hun ouders te antwoorden. Maar na mijn ‘sappig’ komt er nu en dan wél een smiley. Of een tsunami van vraagtekens. En dan kaats ik nog een sinaasappel-emoji terug. Sappig!

Maar niets is wat het lijkt. Uit recent empirisch onderzoek leerde ik dat voor de hand liggende sappige zaken, onder geen enkel beding zo genoemd worden. Hoegenaamd geen buzz in dat geval. Zo had ik hier uit liefde voor de kroost én gezonde voeding, een paar dagen geleden sinaasappelsap geperst bij het ontbijt. De glaasjes werden met smaak geleegd en mijn oren wachtten tevergeefs op een loeiharde ‘sappig!’ die nooit kwam. Toen ik polste wat de oudste van het extraatje vond, luidde het:

“Hm, lekker. Very healthy ook.”
“En… niet sappig?”
“Hmmm neen. Healthy. Peace.”

Ik heb in stilte geconcludeerd dat mijn geliefde Nederlandse buzzertje na luttele weken dienst al naar de prullenmand is verwezen en daar vermoedelijk een stille dood zal sterven. Mooie liedjes duren duidelijk niet lang, sappige recepten nog veel minder. What a juicy shame.

Wafel met papa

“Ik wil die!”, zegt het rakkertje van een jaar of vier tegen zijn vader. Hij drukt een mollig wijsvingertje tegen de koeltoog. De ijstaart met rode afwerking en een lachend rendier erop, heeft zijn hart gestolen. Lees meer

Vierwielerhelden

Ik schuur voor de vijftiende keer langs een deurstijl. Ik zie schilfers verf op de grond liggen. Ik zie een nieuwe streep op de deur. Het zijn de onuitwisbare sporen van wie met een rolstoel door een woonst moet bewegen en daar vaak nét niet genoeg plaats voor heeft. Lees meer

‘Glitchen’ gelijk zot

Just walking in the rain. Singing in the rain. Crying in the rain. Geen liedje over de regen dat ik de voorbije weken niet geneuried heb, met dat tanende zomerweer. Waar juli en augustus vorig jaar uit elkaar spatten van de hitte in het land, is het dit jaar huilen met de (regen)pet op. Lees meer

De E van E Street

we Hey Bruce,

Ik hang hier in de sofa en ‘Badlands’ knalde zonet door de radio. Eén van die monsterhits, signed The Boss. Terwijl ik in pyjama schaamteloos meebrulde en er wat klungelige danspasjes bij deed, besefte ik dat ik er zondag weer eens niet bij zal zijn. Je staat op het podium in Werchter. Lees meer

’t Is koet!

‘Optimism is a moral duty’, heeft een gerenommeerd filosoof ooit neergepend. Kant volgens de enen, Popper volgens de anderen. Wie het ook was: ik ben zot van de slogan en hanteer ze maximaal. Lees meer

bene van eeghem blog

Who you gonna call?

Een druilerige zaterdagavond. Dochterlief activeert de Netflix-app op de smart-tv en swipet gezwind door de programmagids. Wanneer ik informeer naar wat ze wil doen, luidt het: ‘een film kijken, tiens’. Lees meer

bene van eeghem blog

Herfst, zeezucht en Bonnie

Iets na zeven uur gaat de zon vandaag onder, lees ik op Google. Het is een herfstavond zonder gelijke. De zon straalt zacht, een waaier van kleuren siert de bomen die hun laatste restjes blad nog moeten afgeven. Ik por de kinderen en zeg dat we moeten vertrekken. Lees meer