Alles

bene van eeghem blog

De derde man

Het uiterlijk is niet alles, placht ons grootmoeder te zeggen. Maar wanneer hij tegenover mij aan het tafeltje komt zitten en zichzelf voorstelt, vergeet ik die wijsheid. Zijn ogen zijn blauwer dan de diepste zee en het blauwste zwerk. Ik verdrink er net niet in. Lees meer

bene van eeghem blog

Zij, superheld

Het is halfweg lente als ze verzamelen op het sportveld aan de rand van de stad. Vier gedreven studentes hebben hier tientallen ukken bijeen gebracht: ze zijn tussen 6 en 9 oud. Ze moeten bewegen, sporten, buitenlucht proeven. Dit is de Superheldenrun. Lees meer

bene van eeghem blog

Confidenties van Diane

Het is vrijdag, kort na de middag. Het moment waarop elke zichzelf respecterende Vlaming zich aan een rondje huishoudaankopen waagt. Ik ben op post bij mijn vertrouwde supermarkt. Lees meer

bene van eeghem blog

Altijd Turks brood

Ze hebben het me thuis al een paar keer kordaat gevraagd: wanneer staat er Turks brood op het menu, mama? Koop je eens Turks brood? Alsjeblieft?

Omdat vragen een antwoord verdienen, besluit ik mijn beste beentje voor te zetten. Het is dinsdag. Ik spring op de fiets en rep me naar die ene Turkse bakker, een eind verder in de stad. Voor de gelegenheid heb ik een joekel van een rugzak mee: goed om drie pides in te stockeren. Eat this, my children!

Bij aankomst krijg ik eilaas het spreekwoordelijke deksel op de neus: de zaak is dicht op dinsdag. Ik vloek binnensmonds. Sta wat te draaien en zie de uitbater aangesloft komen op zijn dooie gemakje. Hij voelt dat ik marchandise nodig heb en verontschuldigt zich meteen: “Sorry, madam! Vandaag sluitingsdag. Morgen wij zijn weer open!”

Ik keer onverrichter zake terug en meld aan de hongerige jonge zielen dat de pide voor morgen is. Instant zijn daar twee pruillippen en apocalyptisch geweeklaag. Ik onderstreep dat Turkse bakkers óók recht hebben op een vrije dag. Het gebroed reageert bedenkelijk en eist prompt compensatie: of we dan koffiekoeken kunnen eten? Of frieten, please, want “dat is heel lang geleden”? Ik hou het been stijf. Morgen Turks brood en daarmee uit.

Een etmaal en wat doodgewone maaltijden later wordt de teleurstelling eilaas nog groter. Wanneer ik de Turkse bakkerij opnieuw binnenstap, mijn portefeuille opvis en gezwind om drie pides vraag, schudt de verkoopster het hoofd. “Sorry. Pide niet op woensdag, mevrouw. Andere dagen wel, maar niet op woensdag!”

O tegenslag, denk ik, o rampspoed, o onmetelijke onrechtvaardigheid. Wat heb ik als atheïst in een niet-vorig leven verkeerd gedaan om zo gestraft te worden? Ik vraag de dame of ik de broden misschien mag reserveren, zodat ik daags nadien zeker ben van mijn voorraad. Hoeft niet, zegt ze vrolijk. Ze bakken er een heleboel en blijven open tot ’s avonds laat. “Altijd Turks brood in Turkse bakkerij”, voegt ze er gezwind aan toe.

De reacties aan het thuisfront zijn weinig mild, maar ik pareer de kritiek opnieuw en zeg dat de fameuze broden binnenkort op tafel zullen liggen. Door een agendaverschuiving beland ik uiteindelijk pas op zondag terug bij de bakker in kwestie. Het is al late voormiddag. Het walhalla vol glanzende muurbekleding, neonverlichting, mierzoete gebakjes en hemelse aroma’s heet mij hartelijk welkom. Ik heb drie euro in de hand en voel: nu gaat het gebeuren.

“Drie pides, alstublieft!”
Waarna: korte stilte.
“Oei”, zegt de verkoopster. “Ik denk misschien zij zijn op… ik ga vragen!”

Ze verdwijnt in het atelier. Ik blijf glimlachen maar bereik inwendig een kookpunt. Drie rondritten op drie dagen, voor een ietwat exotisch plat brood, zonder enig resultaat: dat is de limiet. Als ik nog eens met lege handen thuiskom, zijn de gevolgen vast niet te overzien. Ik overloop noodscenario’s en voel het koud zweet uitbreken. Maar dan verschijnt mevrouw-van-de-bakkerij terug in de winkel. In haar handen houdt ze een vervaarlijk wankelende stapel pides, meer dan er ooit in mijn rugzak zullen kunnen. Ze glimlacht breed.

“Wilt u wit of bruin?”, vraagt ze pro forma.

Ik kies voor wit. Haal opgelucht adem. Schuif de drie euro over de toonbank en stop de voorraad in mijn rugzak. Zeg dat de kinderen blij zullen zijn en dat het zal smaken. De dame is geflatteerd en zegt dat ik steeds welkom ben, als ik nog meer pides wil.

“Altijd Turks brood in Turkse bakkerij, m’vrouw!”, herhaalt ze. “Maar niet op woensdag. En op dinsdag gesloten. Maar anders wel bijna altijd.”

(waarvan akte)

Lees meer

bene van eeghem blog

Bikinibeuzelarij

Het is dinsdagavond, halfzeven voorbij. Door omstandigheden zit ik nog met collega’s aan tafel. We hebben lol, maar mijn moederhart wil weten of de zaken vlot lopen aan het thuisfront. Lees meer

bene van eeghem blog

Spazierspaß muss sein

Doorgewinterde wandelaars die verbeten weer en wind trotseren: wie zijn ze? Waarom doen ze het? En vooral: waarom hechten ze aan een foute garderobe en een blik die niets verraadt? De vragen flitsen door mijn hoofd wanneer ik me op een vrije dag van punt A naar punt B begeef in mijn thuisstad. Lees meer

bene van eeghem blog

10 are voor mijn gat

Aan Carin Poulissen,
Ambassadrice der Dreamvilla’s

Beste mevrouw Poulissen,

Met dit schrijven wil ik u bedanken voor de niet-aflatende blijken van genegenheid die ik recent van u mocht ontvangen. U schrijft uw mails misschien niet helemaal zelf, maar uit de gemoedelijke toon leid ik toch af dat u mij een toffe trezebees vindt en daarom toenadering zoekt.

Lees meer

bene van eeghem blog

Wie Durbuy zegt, vliegt niet

‘Niet te geloven, dat triestig weer blijft maar duren’, zegt de dame achter te toog. Al pratend schikt ze bloemen met raffia, wat takken groen en warmhartige perfectie. Ik sta als tweede in de rij, kom hier enkel een pakketje ophalen en ben stille getuige van het gesprek. Lees meer

bene van eeghem blog

30 dagen zonder

Geef toe: waaraan denkt u in de eerste plaats, als u de titel hierboven leest?

Right on: iets tussen de lakens. Daar is dertig dagen ‘zonder’, afhankelijk van uw libido, burgerlijke staat of voorplantingsdrift, inderdaad een beetje kniezen.

Maar zelfs als compleet gebrek aan lijfelijk genot uw deel is, mag u daar vanaf vandaag eigenlijk niet meer over klagen. De 30 dagen zonder klagen zijn officieel ingezet, waarde lezer, door een collectief van jolige dames. Die waren zich er al een poos van bewust dat het passé is om een maand zonder gigantische lappen vlees of sloten alcohol door te brengen. Ze gooien het daarom over een andere boeg: 30 dagen zonder klagen!

De gelijknamige website en Facebookpagina maken u het concept diets zonder veel blabla. Vanaf vandaag, today, heute, oggi draait alles om positivisme en als u dagelijks iets doet waardoor u zelf gelukkiger wordt, krijgt u dat geluk in veelvouden naar uw hoofd terug geslingerd. Laat vanaf nu dus het jeremiëren en de sikkeneurigheid! Omhels de hardnekkige paardenbloem in uw verder perfect getrimde voorjaarsgazon! Zeg aan de buurvrouw dat het postuurke in biscuit op haar vensterbank werkelijk het mooiste is wat u in jaren gezien heeft! Yes, you can!

Overdreven, hoor ik u met enig gefrons zeggen? Mwah… niet echt. Weet: hier spreekt een ervaren fietser die zich van maandag tot vrijdag – de uitzondering niet te na gesproken – op een stalen ros een weg naar kantoor baant. Op zich is het geen heldhaftige daad, maar gezien het ellendige weer van de voorbije weken, is een portie applaus wel op zijn plaats. Ik heb in december en januari mistbanken zonder end getrotseerd, ochtendvorst, apocalyptische regenbuien en de absolute brutaliteit van een aantal autobestuurders. Ik ben net niet ten val gekomen (door die ochtendvorst) en van het fietspad gereden (door een opgedreven mastodont van een brommer). Ik moest tussendoor noodgedwongen op de autoweg fietsen omdat een chauffeur zich in de ochtendspits sans gêne op het fietspad parkeerde, met de woorden: “Zeg, het is maar voor even hé, madam.”

Uitgescholden ben ik ook, voor ik het vergeet. Door de man in een ‘betere’ Duitse vierwieler, die me verweet zonder licht in de mist rond te rijden. Met twee uit de kluiten gewassen LEDS op het stuur én een knipperlicht achteraan voelde ik me op dat eigenste moment nochtans een mobiele kerstboom. Het concept bekoorde hem blijkbaar niet, maar zelfs in die omstandigheden ben ik blijven lachen, verbeten doorfietsen, mezelf inpeperen dat negatieve stress niet hoeft. Tot ik op kantoor kwam en mijn gal mocht spugen. Oh zaligheid! All hell gates were loose!

Want laten we eerlijk zijn: klagen lucht op!
Ik walg van die f**king chauffeurs met te dikke karren die menen dat op de openbare weg dezelfde regels gelden als op de oprit voor hun wansmakelijke villa!
Ze zijn arrogant!
Ze gebruiken nooit richtingaanwijzers!
Ze geven gas bij oranje!
Ze vinden een rood het schoonste kleur om door te rijden!
Ze vinden fietsers marginaal, de lagere kaste, tuig van de richel!
Ze zijn een ‘erkend rijbewijs’ onwaardig!

Ik heb het allemaal gezegd, of een deel ervan op zijn minst gedacht. Voor de campagne ’30 dagen zonder klagen’ van start ging, uiteraard. En alsof het lot ermee gemoeid was, werd die negatieve teneur vrijdag compleet van tafel geveegd, toen ik naar huis fietste. Aan de oversteekplaats waar tweewielers in principe voorrang moeten geven, kwam een parmantige Audi Q8 aangezoemd. Hij reed ietwat achteloos door – hij had het recht – tot hij me zag staan, netjes wachtend aan de kant. Daarop remde hij abrupt, schakelde in achteruit en gebood me glimlachend om over te steken.

Mein Gott! Ik was compleet van mijn melk. Vond even de pedalen niet meer en viel ternauwernood omdat ik wou zwaaien, dank u zeggen en afslaan tegelijkertijd. Deze Q8-man was mijn instant George Clooney, mijn breng-me-ontbijt-op-bed en ik-zal-nooit-meer-iets-zeggen-over-dure-Duitse-auto’s. Hij heeft me tot het hogere inzicht gebracht: positivisme loont, net zoals 30 dagen zonder klagen.

Ik ben het dit weekend prompt gaan vieren met een stevig caloriebommetje bij Adriaan. Pas op 16 februari 2018 zal ik terug chagrijnig rondlopen en in halve toorn ontsteken omdat ik ’s mans nummerplaat niet noteerde of een vluchtig gesprek aanknoopte, daar op die oversteekplaats. Ik zal kniezen, emmeren, eindeloos zagen omdat het tussen mij en hem nooit ’30 dagen mét’ wordt. Ik zal niet te genieten zijn, omdat mijn zekerheid heet: 335 dagen per jaar voluit klagen als ik er zin in heb*.

(*graptje!)

www.30dagenzonderklagen.be

bene van eeghem blog

Een schone mens

Marcus,
Kozzie,
Me slekkezieltje

Schrijven is genezen, hebben ze mij ooit verteld. Het is de dingen op een rijtje zetten, de gedachten parkeren en het pad naar morgen effenen. Lees meer